MinOWC: ‘Mutatie vanwege veel ziekteverzuim schoolleiders en onhygiënische leeromgevingen’
Het Ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (MinOWC) heeft de uitvoering van het mutatiebeleid in het basisonderwijs officieel afgerond. Het departement geeft aan dat de mutaties noodzakelijk zijn vanwege problemen zoals: Incidenten met geweld en onvoldoende optreden door schoolleiders, Onhygiënische leeromgevingen, Gebrek aan samenwerking met ouders en leerkrachten, Hoge ziekteverzuimcijfers onder schoolleiders en Spanningen binnen teams, veroorzaakt door leiderschapsstijl.
Het mutatiebeleid is ontwikkeld met als doel de professionaliteit van schoolleiders en onderwijsgevenden te vergroten en de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Hoewel het beleid bedoeld is om een positieve verandering te bewerkstelligen, heeft het ook tot enige onrust geleid binnen scholen en delen van de samenleving.
Onhygiënische leeromgevingenMINOWC
Uitvoering
De uitvoering startte in mei 2024, toen het Bureau Basisonderwijs (BBO) informatie verzamelde over dienstjaren, inspectierapporten, en bevoegdheden van schoolleiders. Op basis hiervan stelde BBO een voorstel op, dat werd goedgekeurd door de directie van Algemeen Vormend Onderwijs (AVO).
Schoolleiders werden op 19 juli 2024 geïnformeerd over de geplande mutaties per 1 oktober 2024. Na verzoeken vanuit enkele schoolleiders om de mutatie uit te stellen, ging AVO akkoord met een nieuwe ingangsdatum: 6 januari 2025.
Reacties en rust
Tijdens individuele gesprekken in december 2024 uitten enkele schoolleiders hun misnoegen over het besluit. Onder hun bezwaren vielen persoonlijke omstandigheden, logistieke uitdagingen en werk gerelateerde kwesties. Hoewel het beleid tot enige onrust heeft geleid, benadrukt het MinOWC dat het belang van het kind en de kwaliteit van het onderwijs altijd centraal staan.