Minister Riad Nurmohamed: “Mi no e strafu a volk, ik ben machteloos”
Minister, Riad Nurmohamed, van Openbare Werken ontvangt veel kritiek vanuit de samenleving. De burgerij bekruipt het gevoel dat de bewindsman bewust niet zorgt voor optimale ontwatering, het ontdoen van de bermen van hoog wied en het aanpakken van het slechte wegennet. Volgens de minister is niets minder waar. Hij omschrijft zichzelf als streng maar flexibel. De Snelle Pen heeft de minister gevraagd of hij de burgerij aan het afstraffen is.
Nurmohamed zegt dat het hem als minister ook hindert dat hij vanwege gebrek aan financiën niet veel kan doen. “Het hindert me ook, want ook ik ben burger. Ik plaats mezelf in hun schoenen. Terwijl we een crisis hebben, willen we veel doen, maar de achterstand is groot. Ik ben machteloos, maar ik zou het graag in een jaar willen oplossen, al heb ik weinig middelen. De afgelopen tien jaar was er elk jaar een nieuwe minister. Die ministers hebben niets kunnen doen, want ze werden snel bedankt. Ik ben hier geplaatst met weinig middelen om een duurzame oplossing te brengen. In 2020 hadden we geen middelen, waardoor de bermen onder hoog wied zaten.” De minister geeft aan dat hij in 2021 is begonnen om de bermen langs de primaire wegen te ontdoen van gras. Vuilophaal hoort naar zijn zeggen goed te gaan, maar de aannemers laten het soms afweten. Dit jaar hebben we nieuwe equipment aangeschaft. Volgend jaar kopen we weer een paar. Dat is duurzaam beleid. A moni no de tap begroting om de straten aan te pakken. Voorts wijst de bewindsman erop dat alle leningen zijn stopgezet vanwege de deal met IMF. Dalian was ook een lening en is in 2020 stopgezet. We kunnen geen gebruik meer van maken.”
Bent u het volk aan het afstraffen?
“Minister no e straf a volk. Vroeger regende het niet zo hard, maar klimaatverandering maakt dat iedereen tot en met 2030 onder water zal lopen. De sluizen zijn vanaf 2010 niet aangepakt, het onder water lopen is ook lastig voor mij.” Vuilophaal, wegen en ontwatering zijn de prioriteitsgebieden van de minister. “Vuilophaal mag geen probleem zijn. Het is heel goed georganiseerd in heel Suriname. Elke klacht van een aannemer houden we geld in. We kunnen geen wegen asfalteren, maar wel egaliseren.”
Hebben ministers het ook moeilijk?
“Een ieder heeft z’n eigen uitgaven en velen zoeken hulp bij ministers en DNA- leden, maar we hebben ook een gezin te onderhouden. Voor elke categorie geldt dat we belastingen betalen en ook de hoge prijzen moeten betalen. Een directeur van een staatsbedrijf verdient meer dan een minister. Politici zijn met grote verantwoordelijkheden ondergewaardeerd.”
Genieten ministers privileges?
“We betalen normaal voor alles, ook onze wachters thuis betalen we uit eigen zak. Op ministers maken we gebruik van het CUG-systeem om gratis naar elkaar toe te bellen. Als een minister geen minister is, gaat hij met lege handen weg. Wie wil minister worden in dit land? Je wordt minister als je gevoel hebt voor het land.” Riad zegt dat er op de ministeries geen water wordt betaald, maar binnenkort zal dat veranderen.
Is uw partij erin geslaagd Suriname te redden?
“Door de IMF-deal hebben we een vertraging van een jaar opgelopen. We hadden beloofd Suriname te redden. Als we ons strak houden aan de beleidsmaatregels, moeten we de groei in 2025 zien. We zitten in een dal, waarbij de koers en de prijzen hoog zijn. We moeten tussen 2025 en 2030 uit de pina komen. Dat is wat eenieder wil zien. Als we het volhouden en inleveren moeten we eruit komen. Het is heel moeilijk, maar de VHP en partners hebben gekozen om het te doen.”
Wat is uw kijk op de Surinaamse politiek?
“De Surinaamse politiek is niet motiverend. De politiek van vroeger was vrij strak en was een politiek van toppers. Dat noemde men echte politici en hooggeschoold. Toen zijn de meeste producten ontwikkeld zoals bijvoorbeeld het decentralisatieproces. Vandaag de dag zien we dat heel veel documenten slordig worden voorbereid. Normen en waarden zijn vervaagd. Niemand kijkt meer naar politici. We werken hard en dat wordt niet gewaardeerd. Hiermee geef ik de vervaging aan en de normen en waarden die verloren zijn gegaan. Het geeft een reden; het heeft te maken met de economische ontwikkeling in een land. Als het slecht gaat, gaat men hosselen en verwaarlozen. Er ontstaat een andere wereld. Jongeren hebben vanaf 1975 nooit de gelegenheid gehad om in een keer in een stijgende lijn te groeien. Het is altijd vallen en opstaan geweest. We zitten nu weer in dezelfde situatie.”
Kan de persoon Nurmohamed het verschil uitmaken in de hedendaagse politiek?
“De regering van 2020-2025 zit in een impopulaire periode. We moeten het land met vervelende maatregelen uit het dal halen. De regering wil niet dat mensen wegvluchten of dat er oorlog ontstaat. Wij geloven erin dat als het goed wordt uitgelegd, het goed begrepen zal worden.”
Nurmohamed is twintig jaar docent geweest aan de Anton De Kom Universiteit van Suriname. Hij heeft nationale en internationale ervaring opgedaan met specialisatie infrastructuur, watermanagement en klimaatverandering. In het parlement heeft Riad zich sterk gemaakt voor milieuvraagstukken. Hij is in Paramaribo opgegroeid en is het tweede kind van zijn ouders.